Na een behoorlijk aantal jaren reizen heb ik intussen aardig wat gezien en meegemaakt. Maar als het gaat om de meest bizarre dingen binnen de eerste 24 uur dan spant Vietnam voor mij toch echt de kroon. Hoe dan? Lees maar.

Het vliegveld

Na een lange (vlieg)reis wil je eigenlijk het liefst zo snel mogelijk naar je accommodatie om even te rusten. Hup, langs de douane want ik had tenslotte een visum aangeschaft voor vertrek en al mijn gegevens zijn op orde. Helaas, in Vietnam mag je eerst nog een paar uur wachten om je visumstempel te bemachtigen. Paar keer op en neer om je paspoort met pasfoto af te geven, te betalen en later op afroep het hele zooitje weer op te halen. En dit alles gebeurt op volgorde die de beambte ter plaatse het beste uit lijkt te komen. Mooie stempel, daar niet van, maar neem er even de tijd voor.

Vervolgens ga je knaken pinnen. Of in mijn geval wisselen. Dus nadat ik de stempel had liep ik, nog op het vliegveld (want betrouwbaar, toch?) naar het geldwisselkantoor met de vriendelijkst uitziende medewerkster. Daar mijn geld gegeven, en in ruil daarvoor kreeg ik een flink stapel Vietnamese biljetten. Dan lijkt het wel goed te zitten, zou je zeggen. Maar bij nadere inspectie bleken tussen al die briefjes van 100.000 dong er een paar van 10.000 dong tussen te zitten. Voor het ongetrainde oog lijken ze nogal op elkaar, dus het is meer geluk dan wijsheid dat het opviel. De dame van het wisselkantoor nam de ‘per ongeluk’ fout gegeven biljetten zonder op of om te kijken terug en gaf er de juiste voor terug, dus probleem opgelost…

Vervolgens naar de taxi. En die staan er genoeg. Ik liep uiteraard gewoon naar de eerste de beste taxi toe. Maar net voordat ik wilde instappen werd ik door een Westers uitziende local (!?!) aangesproken om toch voor een andere taxi te gaan. Na even kletsen had ik geen reden om de aardige Franse vrouw niet te vertrouwen, ze schreef voor me op welke bedrijven betrouwbaar waren en vervolgens wenste ze me een prettig verblijf. Het schijnt namelijk dat er ook veel ‘minder betrouwbare taxi’s’ te zijn. Met de door haar getipte taxibedrijven heb ik geen problemen gehad.

Met de taxi naar de accommodatie moet dan een fluitje van een cent zijn, zou je denken. Behalve dat deze ‘gerenommeerde’ taxichauffeur graag naar Formule 1 kijkt, en daar wat handigheidjes van oppikt. Dus er werd met een rotsnelheid door de stad gescheurd om vervolgens ver binnen de tijd die mijn navigatie aangaf voor de accommodatie gedropt te worden. Of eigenlijk voor een steegje waarin de accommodatie zich moest bevinden. Oftewel, zoek het lekker zelf maar uit. Als je niet weet waarnaar je op zoek bent lijken alle gebouwtjes wel verdomd veel op elkaar, en de weg vragen gaat ook niet al te makkelijk als je nog in je koffie-bestel-fase van het leren van de taal zit. Maar uiteindelijk stond ik dan toch voor de juiste deur.

Slapen en eten

Tenminste, de deur van wat mijn accommodatie zou moeten zijn. Er zaten wat mensen in een soort van huiskamer die druk met elkaar begonnen te discussiëren nadat ik de reservering liet zien. Gelukkig kreeg ik netjes een glaasje water aangeboden en na een paar minuten kwam het sein om mee te lopen. Ik dacht richting de kamer, maar het bleek naar een andere locatie te zijn. Of ik was verkeerd, of ze waren me vergeten, of… eigenlijk weet ik het niet, maar na een rondleiding door de catacomben van Ho Chi Minh was daar dan eindelijk de slaapplek.

De kamer leek niet per sé op die van de Booking.com reservering, maar er was al online betaald dus het zal wel goed zijn… Spullen deze keer maar met een hangslotje vastgezet aan een verwarmingsbuis om een hapje te gaan eten. Want het voedsel in een vliegtuig is nog steeds niet te knagen en ik had ondertussen wel trek na dit hele gebeuren. Toen ik de weg door de steegjes terug had gevonden maakte ik voor het eerst kennis met vervoersmiddel #1 in Vietnam: de scooter. 

Die komen werkelijk met honderden tegelijkertijd op je af zodra je de weg over wil steken. Nu had ik gelukkig vooraf de tip gekregen om gewoon door te lopen, en daarbij vooral hetzelfde tempo aan te houden. Eigenlijk is alles goed, zolang je maar niet ineens harder of zachter gaat lopen. Of nog stommer: stilstaan. En wat bleek? De scooters mistten me allemaal op een haar na en 20 seconden later stond ik veilig aan de overkant.

Tijd voor eten. In Nederland zijn er Vietnamese loempiakarretjes waar in het Nederlands op staat dat ze Vietnamese loempia’s verkopen. Handig. In Vietnam hebben ze geen loempia’s, en al helemaal geen Nederlandse menukaart. Een andere taal dan Vietnamees trouwens ook niet. Of eigenlijk wel. Op sommige plekken hebben ze Russische menu’s. Uit veiligheidsoverwegingen ben ik de eerste avond maar voor Phô gegaan. Een typische Vietnamese noedelsoep, en een absolute aanrader! 

Groot voordeel trouwens voor beginnende Azië-bezoeker: in Vietnam gebruiken ze het Latijnse schrijft. Dus ondanks dat de woorden nauwelijks uit te spreken zijn en elk leesteken zorgt voor een volledig nieuwe betekenis, is het wel te lezen. Gooi deze 4 woorden voor de gein maar eens in Google translate: bạ, ba, bà, bá. Op een menukaart hoef je gelukkig meestal niet heel erg bang te zij voor die verschillende betekenissen.

En dan is het bedtijd. Dus weer terug geslenterd naar de accommodatie via alle steegjes en donkere plekken waar in de avond een hoop bedrijvigheid is met mensen die eten koken, een tukje doen, iets doen of niets doen. Het reisgevoel begon al aardig op te borrelen. 

Nadat ik de deur van het guesthouse had geopend kreeg ik de volgende uitdaging voor de kiezen. In Vietnam liggen mensen vaak op de grond, niet op een bed en niet in een slaapkamer. Om af te koelen op de frisse tegels en, zo verwacht ik, omdat er niet altijd geld is voor een comfortabel bed in een privé slaapkamer. Zo ook hier. En dan slaap je maar gewoon op de grond in de huiskamer. Dus ik op mijn teentjes voorzichtig links langs oma gelopen, vervolgens over kind 1 heengestapt, een sprongetje gemaakt om vader te ontwijken en tijgerend langs kind 2. Ik kan je verzekeren dat je je dan toch een beetje een indringer voelt.

Good morning Vietnam!

Na een prima nachtrust begon het ochtendritueel. Weer fris en fruitig ging ik ergens een ontbijtje scoren. Als eerste dus weer naar buiten. Super easy want de familie was wakker dus uitwijken omdat ze op de vloer lagen hoefde niet meer. Daarna via het steegje naar het centrum. In het steegje nog een keer goed rondgekeken of hetgeen ik de avond ervoor zag ook wel echt was. Korte versie: ja. Er lagen nog steeds mensen op de meest vreemde plekken te slapen, maar er was ook een hoop bedrijvigheid. 

Zo werd op verschillende plekken eten voorbereid. Niet iets wat ik per sé hadd willen zien. Kippen lagen ongekoeld op straat gedrapeerd. Groente werd gewassen met leidingwater waarvan je gisteren nog in je Lonely Planet las dat je het beter niet kunt drinken en de lieftallige dame die de boontjes aan het doppen was kreeg een acute niesbui. Vol in het eten. Niet echt goed voor je eetlust. Maar goed, een mens moet eten dus toch maar een heerlijk ontbijtje met vers fruit en een bakkie koffie bemachtigd bij een net uitziend cafeetje.

Vervolgens wat slenteren door de straten waar mijn oog viel op beweging. En dan heb ik het niet over de 10.592 scooters die op me afkwamen, maar meer een bol, bewegend, pluizig voorwerp in de halfopen afwateringskanalen. Waar je in Nederland putten aantreft, hebben ze op plaatsen waar ze moessonregens kennen grote gaten, afgedekt met een metalen rooster waar je lekker doorheen kan kijken. Al snel was het voorwerp weg, maar een andere kwam ervoor in de plaats. En nog een, en nog een… Toch maar op onderzoek uit, nieuwsgierig dat ik ben. En wat bleek? Het gangenstelsel was de woonplaats van heel veel ratten, en niet zo’n kleintjes ook! Dan loop je toch ineens iets minder lekker over straat op je teenslippertjes.

Normaal gesproken ben ik wel een die-hard streetfood eter, maar voor deze eerste kennismaking met Azië was ik maar wat blij met het ‘backpackers’ gebied van Ho Chi Minh City, waar ze eten verkopen dat herkenbaar is, en soms zelfs wat gerechten in het Engels op de menukaart hebben staan.

Hoe overleef je dan die eerste 24 uur?

Klinkt deze 24 uur je als muziek in de oren? Dan kan je met een gerust hart naar Vietnam. En anders weet je nu wat je kunt verwachten, dus zorg dat je iets beter voorbereid bent dan ik. Check hoe de verschillende Dong-biljetten eruit zien, boek niet het goedkoopste hostel in het steegje maar de iets sjiekere aan de doorgaande weg en onthoud dat scooters niet voor je zullen stoppen maar altijd met een boogje om je heen zullen rijden, dus ga er vooral niet op staan wachten. En als je dan de eerste 24 uur hebt overleefd ga je een toffe tijd tegemoet. Ik zou in elk geval zo weer gaan!

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Ik zal je niet spammen! Lees de privacy policy voor meer info.